Watersnip | Gallinago gallinago | Snip en strandlopers
De watersnip (Gallinago gallinago) is een vogel uit de familie van strandlopers en snippen (Scolopacidae). De watersnip komt voor in de gematigde gebieden van bijna alle werelddelen, met utzondering van Australië.
De watersnip is een trekvogel van Maart tot November
Foto Nikon P900 Vlaardingen Broekpolder 28-08-2018, sept 2019 Nikon P1000 Stellendam
Hoe herken je een watersnip:
Een watersnip is 23 tot 28 cm lang en heeft een roodbruine snavel, die zeer lang is in verhouding tot zijn kop. De vogel lijkt veel op de zustersoorten zoals houtsnip, poelsnip en bokje, qua grootte is hij de middelste. Hij is vooral te herkennen aan zijn lange snavel en de smalle gele strepen op de rug. Het bokje heeft deze strepen ook maar breder en daarom meer contrasterend met de andere veren. Het verenkleed is bruin gestreept met een witte onderzijde en donker gestreepte flanken. Verder heeft de vogel een gestreepte kop en korte grijsgroene poten.
Het legsel bestaat uit drie tot vijf matte, peervormige eieren. De kleuren zijn grijsgroen, olijfgroen of geelgroen.
Voedsel en gedrag
Het voedsel bestaat uit insecten, waterkevers, wormen, slakken en zaden van waterplanten. De watersnip zoekt zijn voedsel vooral in ondiep water en modderige poelen. Hij loopt langzaam het water op en neer met zijn snavel heen en weer wiegend op zoek naar wormen en andere grondinsecten. In het voorjaar vertoont de watersnip een herkenbare baltsvlucht. Hij laat zich geleidelijk omlaag vallen met wijd verspreidde staartveren. Hierbij klinkt een eigenaardig geluid dat veroorzaakt wordt door het flapperen van de staartveren en dat lijkt op het blaten van een geit, vandaar de volksnaam hemelgeit. Met deze acties imponeert hij de vrouwtjes en zijn mannelijke concurrenten. Het nest van de watersnip bestaat uit een diep kuiltje gevuld met grashalmen en losse bladeren. Bij gevaar vertrouwt hij op zijn schutkleuren en vliegt pas op het allerlaatste moment op. Tijdens deze vlucht vliegt hij zigzaggend weg en wint hij snel hoogte.
Verspreiding en leefgebied
In Nederland in het laagland vroeger veel voorkomend, maar is tegenwoordig op veel plekken verdwenen of zeldzaam geworden.