Nachtegaal

Kenmerken 

De bovenzijde is egaal bruin van kleur, terwijl de stuit en de bovenzijde van de staart roodbruin zijn. De onderzijde is lichtgrijs. Het oog is opvallend groot en zwart en de poten zijn licht van kleur. Zijn zang is verklinkend, veelzijdig, erg karakteristiek en vaak ’s nachts hoorbaar. De lichaamslengte bedraagt 16,5 cm.

Leefwijze 

Verder is het een vogel die zich onopvallend ophoudt in dicht struikgewas, vaak met brandnetels, van waaruit hij ook zingt. Het voedsel bestaat uit wormen, insecten, larven, poppen en eieren.

Nachtegaal

Voortplanting 

Het legsel bestaat uit 4 tot 5 olijfbruine eieren in een nest, dicht bij de grond, in de dichte ondergroei.

Verspreiding en leefgebied 

De nachtegaal is een trekvogel die alleen van april tot oktober in West-, Zuid- en Midden-Europa en tot in Midden-Azië onder de 50ste breedtegraad voorkomt om te broeden. Hij overwintert in Zuidelijk Afrika.

De soort telt drie ondersoorten:

  • L. m. megarhynchos: van westelijk en centraal Europa tot centraal Turkije en zuidelijk naar Jordanië.
  • L. m. africana: oostelijk Turkije, de Kaukasus en noordelijk en zuidwestelijk Iran.
  • L. m. golzii: van oostelijk Iran tot Kazachstan, zuidwestelijk Mongolië en noordwestelijk China.

Voorkomen in Nederland en Vlaanderen 

Nachtegalen zijn nog steeds vrij talrijke broedvogels in Nederland. Vooral in de duinstreek en op de Waddeneilanden zijn er nachtegalen. Ook Flevoland werd vlot gekoloniseerd. In Oost- en Zuid-Nederland ging het echter minder goed met de nachtegaal. Sinds de jaren 1970 is sprake van een sterke achteruitgang.  Dit is de reden dat de nachtegaal in 2004 als kwetsbaar op de Nederlandse rode lijst is gezet. De soort staat ook als kwetsbaar op de Vlaamse rode lijst. Volgens SOVON is de trend (landelijk gezien) tussen 1990 en 2007 niet geheel duidelijk.

Bron : Wikipedia

Meer zangvogels Klik hier